Bert en Truus Jansen 112
'En, zijn ze geland?', vroeg buurman Sjors.
'Ja, gisteren al. Ze liggen nu hun roes uit te slapen', lachte Bert.
'Roes? Feestje gehad of zo?'
'Ja, Wim wilde een typisch Frans welkomstdrankje proberen. En dat werd een fles Calvados.'
'Zo, lekker spul. Dat gebruikte de NASA als brandstof om raketten naar de maan te schieten.'
'Ja, klopt. Nadat de fles leeg was zijn ze de caravan in gelanceerd.'
'Ik hou het liever bij een glaasje wijn', merkte Suus op. Ze kwam erbij staan.
'Wij ook. Alhoewel een borreltje op zijn tijd best lekker kan zijn.'
'Waar heb je Truus gelaten?', vroeg Sjors. 'Of is die ook gelanceerd?'
'Truus is brood halen. Maar ik denk dat ze via haar moeder loopt. En dan weet je wel hoe dat gaat.'
'Wat gaat?', klonk de stem van Truus. Morgen buurtjes.'
'Morgen Truus. Bert klaagde dat je te lang onderweg was', lachte Suus.
'Ik moest even langs mijn moeder en Wim. De schade opnemen.'
'Was het zo erg?', vroeg Sjors.
'Ja, behoorlijk', lachte ze terwijl ze met haar hand een veelbetekenende kiepbeweging maakte.
'Ik heb meteen ook maar de lege flessen in de glascontainer gegooid.'
'O? Kon Wim dat zelf niet?', vroeg Bert.
'O, vast wel. Maar hij schaamt zich een beetje.'
'Schamen? Waarvoor?', wilde Bert weten.
'De glascontainer staat naast de receptie. En hij heeft er gisteren ook al vier flessen bier en twee wijn ingemikt.'
Bart